E
en student is erin geslaagd voldoende feiten aan te dragen voor een vermoeden van algoritmische discriminatie. De vrouw klaagt dat de Vrije Universiteit haar discrimineerde door antispieksoftware in te zetten. Deze software maakt gebruik van gezichtsdetectiealgoritmes. De software detecteerde haar niet als ze moest inloggen voor tentamens. De vrouw vermoedt dat dit komt door haar donkere huidskleur. De universiteit krijgt tien weken de tijd om aan te tonen dat de software niet heeft gediscrimineerd.
∙
∙
∙